Detail Archief Delft

In 1795 werden twee burgers gecommitteerd tot toezicht op het lager onderwijs. In een schrijven van het Committé van Algemeen Welzijn van 1799 werden zij aangeduid als ‘provisioneele commissarissen en examinateurs der schoolmeesters en schoolvrouwen binnen dezelve stad’.

In 1801 werd dit ‘college van commissarissen’ vervangen door het Plaatselijk Schoolbestuur, dat nauwelijks sporen in de archieven heeft nagelaten.

Op 6 juni 1804 vond de eerste vergadering plaats van de Plaatselijke Schoolcommissie, met de benoeming van J. van Aalst tot voorzitter en G. Sas tot secretaris. De vergaderfrequentie liet snel terug en de commissie ging in 1809 teniet.

Op 31 mei 1812 benoemde de maire een nieuwe commissie voor toezicht op de staat en inrichting van lagere scholen en het lager onderwijs in het algemeen. Voorzitter was A. van Bemmelen, secretaris J. Molenbroek Jz. De commissie vergaderde in een ruimte boven de Waag.